Leestijd: 4 Minuten
Hoe goed beheerst u Python? Heeft u last van FOMO? Als u geen idee heeft wat deze vragen betekenen, bent u niet de enige. Het lijkt soms wel alsof de jongere generatie een andere taal spreekt, gevormd door de tijd van technologische opschudding waarin ze zijn geboren.
Het is dus geen wonder dat bedrijfsleiders de kloof proberen te overbruggen: ze willen effectiever werken met hun jongere werknemers en een nieuwe generatie klanten begrijpen. Dit alles stimuleert de invoering van omgekeerd mentoren.
Omgekeerd mentoren is al ingevoerd door bedrijven zoals de BBC en Microsoft. Oudere medewerkers worden gepaard met een millennial, dat wil zeggen een persoon die rond de eeuwwisseling meerderjarig werd. Het idee is dat de jongere werknemer de oudere werknemer op de hoogte brengt van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van technologie en cultuur, waardoor zij het bedrijf helpen om generaties werknemers te integreren en effectiever te concurreren.
Omgekeerd mentoren werd geïntroduceerd net voordat millennials de arbeidsmarkt betraden. In 1999 zette General Electric jonge werknemers in om oudere leidinggevenden te leren hoe ze het internet konden gebruiken. In de afgelopen jaren heeft het meer voet aan de grond gekregen doordat het snelle tempo van de digitale disruptie een schokgolf teweegbracht aan de top.
Maar kunnen senior medewerkers met tientallen jaren ervaring echt dingen leren die hun bedrijf zullen veranderen van collega’s die net van school komen? Of is omgekeerd mentoren niets meer dan een modieuze gimmick die meer kwaad dan goed doet?
Om van omgekeerd mentoren een succes te maken, moet u zich bewust zijn van het risico dat oudere werknemers zich door een dergelijk goedbedoeld leerprogramma ondergewaardeerd en irrelevant zouden kunnen voelen. Daarom zetten we op een rij wat u kunt bereiken met omgekeerd mentoren en welke situaties u beter kunt vermijden.
Leren van de jongere generatie
De jongerencultuur is misschien wel dynamisch, maar dat betekent ook dat het een kort leven beschoren is. Voor uw marketingmanagers en productontwikkelaars is het misschien zinvol om tijd te investeren om op de hoogte te blijven van de nieuwste trends. Voor andere bedrijfsleiders is het waarschijnlijk een afleiding.
Maar zelfs de conventioneelste bedrijven en afdelingen kunnen profiteren van de technische vaardigheden van de jongere generatie, zoals de programmeertaal Python. Het is een van de populairste talen die overal wordt gebruikt, van webapplicaties tot NASA.
Leidinggevenden hoeven zelf geen code te schrijven, maar als ze code begrijpen, komen ze meer te weten over de klantervaring, waardoor ze beter in staat zijn om strategische prioriteiten stellen voor het digitale aspect van hun bedrijf. Jon Einkauf, een productmanager voor Amazon AWS, die computerwetenschappen bestudeerde als onderdeel van zijn MBA, zei bijvoorbeeld tegen Harvard Business Review: "Ik kan relevante vragen stellen, ik kan de ontwikkelaars zo nodig tegenspreken, en ik ben ervan overtuigd dat ik mezelf alles aan kan leren wat ik nodig heb."
Pas op voor mythen
Bedrijven zijn duidelijk bereid om veel geld te investeren om de vermeende unieke kwaliteiten van jonge mensen in te zetten. Volgens Source Global Research hebben alleen al Amerikaanse organisaties vorig jaar bijna 80 miljoen dollar uitgegeven aan ‘generational consulting’.
Behalve dat generatie Y meer kennis van techniek heeft, suggereren talloze enquêtes dat zij eerder geneigd zijn om een gevoel van zinvolheid en meer uiteenlopende ervaringen in hun werk te "verwachten". Het begrijpen van deze zienswijze, zo wordt beargumenteerd, geeft werkgevers meer mogelijkheden om talent aan te trekken.
Maar het is gemakkelijk om de uitzonderlijkheid van de jongere generatie te overdrijven. Denk eens aan de mythe dat de jeugd van vandaag minder aan één werkgever is gebonden. Uit een recent onderzoek van The Resolution Foundation blijkt dat de kans dat Britse millennials in de twintig van baan veranderen ongeveer 30 procent lager is dan die van generatie X was. Het blijkt dat carrièrekeuzemogelijkheden meer te maken hebben met (verrassing!) de economische situatie.
Er zit een kern van waarheid in het vooroordeel dat ouderen nieuwe technologie minder snel onder de knie hebben dan jongeren. Volgens het Pew Research Center gebruikte vorig jaar slechts 62 procent van de Amerikaanse internetgebruikers ouder dan 65 jaar Facebook en slechts 8 procent gebruikte Instagram.
"Ik ben opgegroeid voor de komst van het internet en mijn generatie heeft nog steeds een gevoel van volledigheid", zegt James Purnell, directeur van radio en onderwijs bij de BBC. Een maand geleden heeft Purnell elk lid van het radiomanagement van de onderneming een mentor toegewezen die jonger is dan 30 jaar. "We geloven nog steeds dat we in staat zijn om alle informatie te lezen, alle opties te begrijpen en een definitieve beslissing te nemen. Maar daarvoor is de wereld te complex, veranderlijk en onzeker."
Het beste van twee werelden combineren
Stereotypen kunnen misleidend zijn: millennials kunnen ook technofoben zijn en de digitale wereld van vandaag werd grotendeels gebouwd door babyboomers zoals Steve Jobs en leden van Generation X zoals Google-oprichters Larry Page en Sergei Brin. Dit feit heeft sommige bedrijven, waaronder fondsmanagementgigant Vanguard, ertoe aangezet om omgekeerd mentorschap te laten varen en meer te focussen op samenwerking tussen mensen met verschillende vaardigheden. Ook al zit er een groot leeftijdsverschil tussen hen.
Waar leeftijd een onderscheidende factor is, is het belangrijk dat hooggeplaatste leidinggevenden zichzelf niet buitenspel zetten. Zij moeten duidelijk overbrengen waar de kansen van omgekeerd mentoren liggen en het niet doen lijken alsof oudere werknemers eruit worden gepikt alsof ze dinosaurussen zijn.
Het is ook mogelijk om er een cross-mentoringprogramma van te maken, waarbij het uitwisselen van vaardigheden echt tweerichtingsverkeer is. Waar oudere medewerkers betere digitale vaardigheden zouden kunnen gebruiken, hebben millennials met Python-ervaring er waarschijnlijk baat bij om meer te leren over persoonlijke communicatie op de werkplek. De bedrijven die in de toekomst succesvol zijn, spreken waarschijnlijk niet alleen de moedertaal vloeiend, maar ook de taal van de technologie.
